24.3.13

Meander

Naar aanleiding van haar winst in de Meander Poëziewedstrijd, wijdt e-zine Meander een speciale aflevering aan Ellen van de Corput. Naast een interview met en gedichten van haar, koos zij werk uit van drie andere dichters. Ik voel me vereerd dat ik een van die dichters ben (samen met Roel Weerheijm en Meliza de Vries).

 Haar mooie woorden over mijn werk luiden:

Het is altijd bewonderenswaardig wanneer iemand zowel poëzie als proza schrijft, en dat allebei goed doet. Haar gedichten hebben vaak ook iets prozaïsch; al lezende zie je verhalen en personages voor je. De originele, mooie zinnen die haar gedichten afsluiten maken dat je ze wilt herlezen.


Ironisch genoeg zijn mijn gedichten nog iets prozaïscher uitgevallen dan de bedoeling was: de witregels zijn weggevallen. Maar ik ben hoe dan ook blij met deze publicatie.

Je vindt het hele nummer hier. Inmiddels met witregels!

9.3.13

Oud papier


Zomaar op straat. In een doos.
Het regende, dus het moest allemaal nogal snel.
Heb ik ook een keer iets gevonden. Er zijn van die vrouwen, je weet wel, van die vrouwen die op rommelmarkten en in kringloopwinkels echt dingen vinden. Ik niet. Ik zal wel altijd toevallig komen als die vrouwen net geweest zijn. Of misschien heb ik zo veel ervaring met rotzooi dat ik de rest niet meer zie.
Hoezo? Gewoon in kleur.
Nee, niet in zwart-wit.
Nee, ook niet in sepia. Dat zeg je ook alleen maar omdat je dat een mooi woord vindt.
Ja, is het ook.
Je gaat je kind toch geen Sepia noemen? Sepia, eten!
Ja, het kán natuurlijk wel, maar –
Whatever.
Gewoon, zoals mijn eigen albums er ook uitzien.
Album, oké.
Het is wél een heel album. Het is alleen niet helemaal vol.
Nóg niet. Ik ben toch nog niet dood, of wel soms?
Donkere bladen, met van dat spinnenwebpapier ertussen. Of heet dat officieel niet zo? Ik noem het spinnenwebpapier.
Weet ik niet, het is in ik-perspectief.
De bijschriften.
Wist je dat ze het papier waar slingers van gemaakt worden honingraatpapier noemen?
Er staan ook verjaardagen in, vandaar. Maar het houdt op na een paar jaar. Geen idee waar de rest is.
Nee, eigenlijk niet. Eerste hapjes, eerste stapjes, wat naaktfoto’s die in een andere context voor kinderporno zouden doorgaan...
Ja, nou, het is toch zo?
En de Efteling. Ik ben aan het zoeken of ik mezelf ergens terugzie.
Dat zou toch kunnen?
Wij gingen heus ook wel eens naar de Efteling!
Goed, we zijn één keer in de Efteling geweest met de groep. Toen klommen Davy en Caitlin uit het karretje in die ene attractie.
Weet ik niet. Met die houterig bewegende poppen en dat irritante muziekje.
Ja, ik snap dat meerdere attracties aan die omschrijving voldoen.
In ieder geval had die ene pop naderhand een arm minder. En Roberto flippen natuurlijk. Of werkte Kevin er toen nog?
Misschien staan die ook nog wel ergens op. Alleen zitten die foto’s niet in m’n album. Ik zou ze erbij kunnen plakken.
Ik weet niet, ik heb dat toch altijd meer iets voor moeders gevonden.
Ik ga ook nog in mijn eigen album kijken of er mensen in staan die ik ken. Hierna.
Mensen die ik toen nog niet kende en nu wel, bedoel ik.
Wat is daar nou raar aan? Er staan veel vaker mensen op die ik niet ken dan mensen die ik wel ken, dus wat dat betreft...
Het is een soort Waar is Wally.
Van die zoekplaatjes?
Je gaat je kind toch geen Wally noemen?
Wally en Sepia, eten!
Als het een tweeling wordt!
Ik dis je niet!
Hoe bedoel je, waarschijnlijk waren ze aan het verhuizen?
Je gunt het me gewoon niet!
Ja, ervaring wel natuurlijk. Maar wij kregen een vuilniszak. Als we geluk hadden.